OA-Ontwikkelingsstrategie 2014
Afdrukken print contact contact lettergrootte:standaard groot

OA – Rapportage projectontwikkeling ‘55-plus Sport & Leefstijl’. 
Deel 3 – periode 2010 t/m 2018 (versie november 2018). 

Samenvatting
.
Deel 1 beschrijft de opzet en conclusies van uitgevoerde onderzoekprojecten en publicaties voor de lichamelijke opvoeding, (jeugd)sport en opleidingen van vakleraren LO (ALO’s) over de periode 1999 tot 2010.
Deel 2 beschrijft opzet en aanpak van het project ‘55-plus Sport & Leefstijl’, de OLDACTION- visie en missie en de praktijktheorieontwikkeling ‘Actief leven, sporten en ontwikkelen’ op fundamenteel, plan- en praktijkniveau. Dat laatste is de verdere uitwerking van twee basispublicaties: ‘Sport op Maat’ (2010) en ‘Activo’s doen het anders, ….’. (2012). Van 2009 tot en met 2013 is op basis van de hier beschreven opzet en ter verifiëring een lokaal ontwikkelingsonderzoek uitgevoerd.
Deel 3 bevat een overzicht van de uitgevoerde ontwikkelacties, pr en onderzoekacties inzake 55-plus Sport & Leefstijl-ontwikkeling in de periode 2010 tot en met 2016. Het ‘ontwikkelen’ gebeurt van ‘onderaf’ door lokale kartrekkers, coördinatoren, leefstijlcoaches en de deelnemers zelf en van ‘bovenaf’ door mbo en hbo opleidingen - die aandacht willen hebben voor dit gebied en deze doelgroep. De praktijktheorieontwikkeling van ‘Actief leven, sporten en ontwikkelen’ is op deze site verder ontwikkeld. 
Lees- en fundamenteel/planniveau 2 voor kartrekker, coördinator, leefstijlcoach en/of 55-plusser.  

2.1.Beleven, leren en ontwikkelen door 55-plus ‘sport- en ontwikkelclubs’

Bij het uitvoeren van activiteiten of taken vindt op alle gebieden, individueel en in groepsverband, cyclische en opeenvolgende processen plaats van ‘beleven – leren – ontwikkelen’. Je speelt met plezier een partijtje volleybal. Het spel bevalt en je voelt je ‘goed’, je wilt de sportvorm c.q. de bewegingsactiviteit beter leren uitvoeren en op de langere termijn ontwikkel je de activiteit als ‘totaal’ in zowel theorie als praktijk. Aan het ‘beleven en leren’ op een gebied of een activiteit liggen schema’s/ modellen, werkpatronen/procedures, vuistregels/principes ten grondslag. Deze zijn vaak op meerdere gebieden (bijvoorbeeld sportgebieden of sportvormen) toepasbaar door transfer – op de lange termijn - onderdeel van leer-, ontwikkel-, trainings- c.q. onderwijsmethoden. Een bewustwording van hoe theorie en praktijk samenhangt en als kennis in kunde toepasbaar is. Er is behalve van 'leren' tegelijk ook sprake van ‘leren hoe te leren’ of ‘leren hoe je anderen iets kunt leren’. Dat laatste vindt plaats door het uitvoeren van rollen als 'captain', ‘coach’ of 'ontwerper'. Zo schuiven motorisch, sociaal en cognitief leren in elkaar. Fysieke en mentale coördinatieontwikkeling gaat eveneens samen.
Deze benadering is vooral in het voortgezet onderwijs bij Lichamelijke Opvoeding, (jeugd)sport en op enkele lerarenopleidingen c.q. Academies voor Lichamelijke Opvoeding toegepast. Het sloot aan bij het onderwijs dat in Nederland, vanaf de jaren zeventig, op alle niveaus, is gepropageerd met als doel: het meer zelfstandig, zelfsturend en zelfverantwoordelijk leren handelen van leerlingen, studenten, trainers en docenten op het gebied van LO en Sport te bevorderen. Het is ook ontwikkeld op andere terreinen in de samenleving, zoals bij het ontwikkelen van ‘lerende organisaties’ en ‘activerende clubomgevingen’. De uitgangspunten zijn in opleidingen, maar dus ook in elke ‘club’, netwerk of leefgemeenschap toe te passen. Ze omvatten kenmerken die onze samenleving op werkgebied in de toekomst sterk zullen gaan bepalen: “samenwerken, kritisch reflecteren, transfervermogen, zelfregulatie” (Klarus & de Beer et al, p.7 e.v.).
Doel is het creëren van situaties of contexten waardoor mensen binnen leer-, sport- of werkomgevingen worden geactiveerd of gemotiveerd. Met ontwikkelingsonderzoek zijn we nagegaan na hoe programma’s of werkplannen in praktijk en op deze wijze functioneren. Leraren, lesgevers of trainer zijn behalve de ontwikkelaars ook de uitvoerders en in de meeste gevallen ook de onderzoekers. De nadruk ligt op de evaluatie van ervaringen met deze innovatie van ‘good practice’.

In dit artikel beschrijven we de informatie (theorie en praktijk) over ontwikkeling en onderzoek in ‘clubs’ – vooral sport- en ontwikkelclubs – op het gebied van 55-plus Sport & Leefstijl.
De kernvraag voor ons is: in welke mate en op welke manieren gaan mensen zelf en/of samen met anderen (elkaar begeleidend) zelfstandig met dit ‘beleven, leren, ontwikkelen (het ‘leren hoe te leren’) om? 

In de periode januari 2009 tot en met mei 2013 is een lokaal ontwikkelingsonderzoek uitgevoerd, zie: Rapportage lokaal ontwikkelingsonderzoek 2009-2013 - Ermelo (juni 2013). Het ontwikkelingsonderzoek naar OLDACTION als ‘club’ en ‘beweging’ is in 2016 afgerond. De site blijft als vraagbaak c.q. kennisdesk ‘in de lucht’ en wordt op basis van doorgaande praktijkervaringen en theoretische/maatschappelijke ontwikkelingen ‘actueel’ gehouden. De LEESWIJZER-NIEUWSBRIEF meldt u op wat ‘nieuw(s) is. Via info@oldaction.nl  kunt u nadere informatie over site en project krijgen. Ook het NISB-community-beweegnetwerk, i.c. de werkgroep 'Leefstijlontwikkeling van de 50-plusser', blijft voorlopig ‘in de lucht’ met aan de OA-site ontleende informatie.

(Deel) 3.2. Doel en acties. Onze 'visie en missie' richt zich op het ontwikkelen van de Sport & Leefstijl van de vooral nieuwe generatie ouderen – de nu 55 tot 75 jarigen – maar zal zich geleidelijk ook gaan richten op de toekomstige generatie 55-plussers, de nu 35 tot 55 jarigen. De mogelijke accentverschuivingen tussen beide groepen zijn en zullen worden beschreven in Leefstijlen van drie generaties in beeld en praktijk .
OLDACTION is een ‘club’ van vrijwilligers die een sociale innovatie - ‘beweging’ van ‘bovenaf’ (via opleidingen, branche- en belangenorganisaties) en van ‘onderop’ (via coördinatoren, kartrekkers en leefstijlcoaches) in de periode 2009 t/m 2016 heeft bevorderd. De ‘visie en missie’ is in beide groepen goed c.q. zeer positief gewaardeerd. De site
www.oldaction.nl  is van medio 2015 tot medio 2016 maandelijks door gemiddeld vijftienhonderd mensen bezocht. Het is een illustratie van de interesse. Ons ontwikkelingsmodel is als volgt beeld te brengen…..

Praktijktheorie/concept ‘Actief leven, sporten & ontwikkelen’
Theorie op OLDACTION-site: ACTIEF LEVEN, ANDERS SPORTEN, LEREN & ONTWIKKELEN, LITERATUUR.
Praktijk op OLDACTION-site: (VOORBEELD) CLUBVORMING, SPORTVORMEN, SPORT ONTWIKKELEN.
Ontwikkelingsonderzoek: lokaal en algemeen, zie WERKWIJZE OA-CLUB.

Ontwikkelen van ‘Activerende omgevingen in ’55-plus clubs’ voor/door kartrekker/deelnemers. Draagt bij aan een actieve/ondernemende, gezonde en zinvolle leefstijl.
*Context bestaat uit: activiteit/inhoud (bv. volleybalclub of praat- en doe-café) en ‘wijze van deelnemen’ door individu en groep.
*Heeft effect op opvattingen en gedrag. In fasen te ontwikkelen. Op verschillende deelnameniveaus qua presteren en ervaren. 

Dat correspondeert met de structuur van het concept ‘Actief leven, sporten en ontwikkelen’. Het is beschreven in HOME en de ordening bij LEESWIJZER-NIEUWS, de inhoud van links als ACTIEVE LEEFSTIJL - in relatie met het meer praktijkgerichte CLUBVORMING & VOORBEELD CLUBVORMING-, ANDERS SPORTEN - met SPORTVORMEN & CLUBVOMING - & LEREN & ONTWIKKELEN - met SPORT ONTWIKKELEN. LITERATUUR heeft met alle inhoudelijke links verbinding. WERKWIJZE OA-CLUB; OA-ONTWIKKELGROEP & LINKS hebben vooral met de organisatie van OLDACTION te maken en de oriëntatie op c.q. informatie over het project. 

In de teksten zijn drie niveaus van opvattingen aangegeven: (1) fundamenteel niveau, metatheorie of achtergrondinformatie; (2) planniveau, de basis voor vorm- en inhoud van het ’55-plus Sport & Leefstijl’-plan. Vijf kernteksten zijn op planniveau beschreven; (3) praktijkniveau met concrete handelingsaanbevelingen. Dat maakt ons concept relatief ‘volledig’.

 
In de periode mei 2015 tot en met oktober 2016 heeft wekelijks overleg plaatsgevonden met kartrekkers/coördinatoren/ leefstijlcoaches en leden van de advies-ontwikkelgroep. Daarnaast zijn ook vele workshops bij lokale 55-plus 'clubs' gegeven.


3.3. Promoten van een sociale innovatie ‘55-plus Sport & Leefstijl’ bij (potentiële) kartrekkers, coördinatoren en leefstijlcoaches. 
Ons doel is beschreven bij Sociale innovatie voor de 55-plusser die ‘anders’ wil sporten en leven! Voor coördinatoren, kartrekkers, leefstijlcoaches, adviseurs- ontwikkelaars en contactpersonen op mbo en hbo opleidingen is onze site een helpdesk c.q. informatiebron. De daadwerkelijke implementatie van '55-plus Sport & Leefstijl' is aan de 'clubs' (kartrekker/coördinator) zelf. Zo ook de lokale clubevaluatie c.q. ontwikkelingsonderzoek. 

We hebben in de periode 2010 tot en met 2016 met vele deelnemers, kartrekkers, coördinatoren, leefstijlcoaches, opleiders en studenten gesproken. Tot eind 2016 haast duizend personen. Gemiddeld ruim honderdvijftig per jaar. Er is gezocht naar overeenkomsten in opvattingen en ervaringen en naar verschillen op het gebied van 55-plus Sport & Leefstijl.
We hebben in ons onderzoekdeel de fenomenologische en hermeneutische methode gecombineerd. Onderliggende is vraag: wat is algemeen en wat is situatie-specifiek? Het competentie- of kwaliteitsniveau van de (‘club’) deelnemers en de kartrekker (/coördinator, leefstijlcoach) hebben we als belangrijkste indicator van ‘verschillen’ tussen ‘algemeen’ en ‘situatie-specifiek’ genomen. Het resulteert in verschillende leer- en ontwikkelingsniveaus van de ‘club’ als geheel en van de deelnemers.

Tot en met januari 2016 zijn jaarlijks meerdere nieuwsbrieven gepubliceerd ten behoeve van (potentiële) kartrekkers, coördinatoren, leefstijlcoaches, geïnteresseerde 55-plussers en opleiders van mbo en hbo- opleidingen. Vanaf januari 2016 is dat een maandelijkse nieuwsbrief op onze site geworden in directe aansluiting op de
LEESWIJZER. Met behulp van de 'Leidraad Zelfontwikkeling' voor kartrekker en/of coördinator kunnen 55-plussers, (aanstaande) kartrekkers, coördinatoren en leefstijlcoaches zichzelf al doende in de praktijk werkend, en naar keuze op ‘mbo’ of ‘hbo- niveau, verder professionaliseren. 

In de periode mei 2015 tot en met oktober 2016 heeft wekelijks overleg plaatsgevonden met kartrekkers/coördinatoren/ leefstijlcoaches en leden van de advies-ontwikkelgroep. Daarnaast zijn ook vele workshops bij lokale 55-plus 'clubs' gegeven.

 

3.4. Overzicht Public Relations & promoten van de aandacht voor ‘55-plus Sport & leefstijl’ bij sportbonden en belangenorganisaties. 
*In GERON, tijdschrift voor ouder worden en samenleving, is in 2012 een artikel over onze publicaties en activiteiten opgenomen. Op de sites van  www.SportKnowHowXL.nl (2013) en www.sportsmedia.be (2014 en 2015) is informatie over ons bestaan opgenomen 
Tot en met 2015 hebben we de laatste twee jaar maandelijks op onze site miniopinies (blogs) gepubliceerd. Omdat we er te weinig reactie op kregen, zijn we daarmee gestopt. Datzelfde geldt voor blogs op het ‘forum’ van de NISB-werkgroep.

*NISB- Community netwerk. Voor de Werkgroep ’55-plus Leefstijlontwikkeling’ (in december 2015: 47 deelnemers) verschijnt maandelijks een nieuw document van de OldAction-site. Incidenteel wordt het 'prikbord' of ‘discussieforum’ als informatiemiddel gebruikt.

 *In december 2014 is contact geweest met de ASM-werkgroep. Zie www.athleticskillsmodel.nl. Jan Kasper (oud vakleraar LO en sportbestuurder), Geert Savelsbergh (hoogleraar motorisch leren aan de VU te Amsterdam) en Rene Wormhoudt (fysiotherapeut en conditietrainer Nederlands voetbalelftal). Hun boek: Athletic Skills Model. Zie verder LITERATUUR. Doel: delen van ontwikkelervaringen ten aanzien van fysieke en mentale coördinatie. Onze ‘kijk’ hierop is te vinden bij: Ontwikkel jezelf, een leven lang, en allround
*Met de VML, de landelijke vereniging van bewegingsleiders 55-plus die werken in Sport voor Ouderen en Meer Bewegen voor Ouderen (MBvO) promoot, is in maart contact opgenomen. Medio december is een gesprek geweest. In 2013 zijn, mede in verband met dit aanstaande contact, twee artikelen en een advertentie in hun tijdschrift OUDFIT geplaatst. We proberen hen inhoudelijk meer te laten opschuiven naar het ‘sportgericht’ bezig zijn. Naar meer MS(port)vO. Het resultaat van ons gesprek is te vinden bij ‘Van MbvO naar MSvO?’ bij SPORT ONTWIKKELEN.  
MBvO wordt gepromoot door de brancheorganisatie VML, de NISB en de Regionale Sportservice Centra. Evenals zij, zijn alle MBvO-consulenten van het bestaan van OldAction via onze nieuwsbrief op de hoogte.  
*We hebben begin 2014 de KNGU- werkgroep 'ouderengymnastiek' benaderd. Een vast onderdeel van MBvO. De werkgroep, ziet voorlopig af van verdere uitwisseling van ideeën in de richting van 'meer MSvO'. We wachten af of deze groep eind 2015 contact met ons opneemt.  

FITVAK heeft de ambitie ‘iets’ voor de doelgroep 55-plus te gaan betekenen. Er is informatie en een aanbeveling aan de projectcoördinator Dyon Voogt te Sittard opgestuurd. In de loop van 2015 is naar de 'stand van zaken' geïnformeerd, maar er is nog geen actie door hen ondernomen.

*Aan de sportbonden KNVB en KNHB is eind augustus 2014 onze visie op hun aanbod van ‘wandelvoetbal’ en ‘fithockey’ gemaild. Naar ons idee ‘slechte’ sportvormen voor deze doelgroep. Tegelijk is een korte notitie over onze sociale innovatie voor 55-plussers gestuurd. Reactie respectievelijk is: ‘niet ontvangen’ en ‘afwijzend’. Sportbonden vinden dat hun verenigingen aan ‘maatschappelijke dienstverlening’ moeten doen en o.a. aandacht zouden moeten hebben voor ’55-plussers’. De OA- visie en misse daarop wordt niet gedeeld en de meeste sportverenigingen missen de deskundigheid dat goed te begeleiden en inhoud en vorm te geven.
*We hebben in 2015 en 2016 andere sites gevraagd informatie over ons op te nemen. Onder andere: KVLO-Zeist (vereniging van vakleraren Lichamelijke Opvoeding), NISB (via Beweegnetwerk-werkgroep en haar site), de site
www.SportKnowHowXL.nl en enkele gemeentelijke sites en  sites van fysiopraktijken.


3.5. Literatuur(-/theorie)research en onderzoek naar de praktijk van 55-plus 'clubontwikkeling'.
 
Met het concept/praktijktheorie ‘Actief leren onderwijzen’ (ontwikkeld van 1999 tot 2010), ‘Sport op Maat’ (2010) en ‘Activo’s doen het anders,…’(2012) als basis is het concept/praktijktheorie ‘Actief leven, sporten & ontwikkelen’ (ontwikkeld van 2010 tot en met 2018) verder al doende op deze OLDACTION- site verder in breedte, diepgang en consistentie ontwikkeld. Het concept is theoretisch samen met vele collega’s op samenhang getoetst en praktisch op bruikbaarheid beoordeeld. De opvattingen achter beide concepten van de Actieve Leefstijl is als volgt samen te vatten….

Opvattingen achter ‘onze’ Actieve Leefstijl…..
Actief leren onderwijzen’ en ‘Actief leven, leren en ontwikkelen’ vormen samen één praktijktheorie die kan worden toegepast op het gebied van werk (vakleraren lichamelijke opvoeding, opleiders op lerarenopleidingen voor vakleraren LO en sporttrainer-coaches op hetzelfde niveau), zorg (leren en ontwikkelen),ontspanning (sport) en ontwikkeling van een of meerdere van deze gebieden. Op deze site is de toepassing vooral gericht op ’55-plus Sport & Leefstijl’.

Zowel jong als oud ambieert een leven lang actief (ondernemend, vitaal) leven. Daarvoor is een optimaal fysiek, sociaal én mentaal-cognitief beleven, leren - ontwikkelen nodig. Het niveau dat je kunt bereiken hangt af van de eigen competenties en de mogelijkheden van (leer- en ontwikkel)omgevingen of de mate van het veranderen daarvan. Actief ontwikkelen vraagt om een veelzijdige en veelvormige inhoud. Zo mogelijk een allround functioneren op vele manieren en gebieden. Sport, als aspect van ontspanning, is zo’n gebied dat behalve een allround (fysiek, sociaal en mentaal) ontwikkelen ook optimaal en/of maximaal ervaren mogelijk maakt. Dat heeft een grote invloed op het eigen welbevinden en van een groep. Sport moet dan niet alleen competitief, maar (bij het ouder worden vooral) ook recreatief/onderling uitgevoerd kunnen worden.  
Een actieve leefstijl draagt bij aan het meer zelfstandig, zelfsturend en zelfverantwoordelijk handelen én biedt mogelijkheden tot een voortdurend investeren in jezelf, in de relaties met … en het inspireren van anderen (coachen/begeleiden) plus in het veranderen van omgevingen. Plezier en resultaat zorgen voor een vitaal leven. Samenwerkend leren in een ‘club(je)’, bevordert de ontwikkeling van ‘inhoud’, ‘wijze van deelnemen’ en het blijven participeren in de samenleving.
Veelzijdig, veelvormig en/of allround handelen is relatief complex en vereist het leren van totaalplaatjes (vier tegen vier volleyballen). De mens is ook zelf een ‘totaalplaatje’ (van lichaam, geest, omgeving) die de werkelijkheid als een bewust en - vooral – onbewust ‘totaal’ waarneemt. Het vraagt om kennis (leren) begrijpen, integreren en toepassen en het ontwikkelen van kunde of een geheel van vaardigheden, om doelgericht te kunnen handelen.
Een uitwerking van de hier genoemde ‘opvattingen’ treft u allereerst in de kernartikelen aan.

 Ons accent ligt op ‘leefstijl’ en ‘leefstijlontwikkeling’ van de nieuwe (de nu 55 tot 75 jarigen) en – al vooruitlopend – op de toekomstige generatie (de nu 35 tot 55-jarigen). Onze wetenschappelijke interesse is vooral gericht op het ‘beleven, leren en ontwikkelen’ van individuen binnen zelf te organiseren en te ontwikkelen 55-plus ‘clubs’ (of ook wel….teams, groepen, netwerken of leefgemeenschappen).
De sterke toename in het aantal 55-plus clubs in de afgelopen zeven jaar, het aantal sterk toenemende aantal maandelijkse sitebezoekers van onze site tijdens het project en de toenemende interesse vanuit opleidingen, heeft ons sterk bij de ontwikkeling gemotiveerd en maakt ons concept – mede door de evaluaties - ‘krachtig’. Zie voor meer details bij punt 4 en 5.
Met een deel van de
ONTWIKKELGROEP is in 2012, 2014 en 2016 overleg geweest over de invulling van opzet en aanpak van OLDACTION als ‘club’ en ‘beweging’, het concept ‘Actief leven, sporten en ontwikkelen’ zoals zich dat op de site ontwikkelde en onze werkwijze. In 2015 en 2016 is met duizend kartrekkers en coördinatoren gesproken over de inhoud en ontwikkeling van onze ‘visie en missie’, zijn hun ervaringen en die van hun deelnemers geëvalueerd. Bij ruim driehonderd ‘clubs’ zijn die evaluaties nader geverifieerd onder andere door ze te bezoeken.


We hebben aan alle ‘ontwikkelaars’, met name coördinatoren en leden van de OA-Ontwikkelgroep, de navolgende bijdrage aan onze ‘OA-clubontwikkeling’ gevraagd……
-Verslag, evaluatie of ontwikkelingsonderzoek van de eigen clubontwikkeling. We beschikken nog alleen over de ERMELO-versie. Eind januari 2015 hebben 23 kartrekkers aanbevelingen voor ‘de clubontwikkeling in fasen’ gedaan. Deze zijn verwerkt.
 
-Maken van een masterthesis en het doen van onderzoek op het werk- en leefgebied van ’55-plus Sport & Leefstijl’. Een onderzoek is in september 2015 uitgevoerd door Robbert Plass (docent van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen/HAN). Deze is te vinden bij 
(OA) Experts over Leefstijl, sporten en ontwikkelen , onderdeel D.   
-Als stagebegeleider van OA-club een mbo of hbo opleiding ondersteunen bij de invoering van een ’55-plus Sport & Leefstijl’- programma bij derde of vierdejaars studenten. Vier van hen hebben dat gedaan.
-Of alleen als begeleider van stagiaires van een mb of hbo -opleiding, die op dit gebied actief willen zijn bij uw 55-plus club. Dertien van hen hebben dat gedaan.
-Maken van een voorstel of marketingplan over ‘hoe werf ik 55-plussers voor dit ‘anders’ sporten c.q. leven?’ De HAN neemt die opdracht op voor derde of vierdejaars studenten. Voor uitvoering in haar regio.
-Benaderen van een sportbond of belangenorganisatie om onze 'visie en missie' sterk aan te bevelen. Is door enkele adviseurs uitgevoerd
-Video’s met ingesproken tekst over de ‘wijze van deelnemen’ aan 55-plus sportvormen, leefstijlaanbevelingen of voorbeelden van activerende omgevings- of samenwerkingsvormen. We hebben veel behoefte om de 'eindeloze zee' – ofwel ons ideaalplaatje van een 55-plus club - voor deelnemers, kartrekkers en coördinatoren te verhelderen. Hiervoor hebben we nog niemand kunnen interesseren.

3.6. Promoten van ‘55-plus Sport & leefstijl’ bij mbo en hbo- opleidingen
Voor mbo en hbo opleidingen die zich ook richten op het gebied van 55-plus Sport & Leefstijl is - als eerste oriëntatie - een informatieboek/reader ontwikkeld: ‘Bouwstenen van een sociale innovatie voor 55-plus Sport & Leefstijl’. Dit pakket is samengesteld door een ontwikkelgroep van OA bestaande uit Ben Halle (HAN), Robbert Plass (HAN) en Edwin Timmers (projectleider OA). De informatie is als pdf-bestand in twee versies (mbo of hbo én gratis) te downloaden. Zie voor de inhoud en vormgeving bij: (ORG) Samenwerking met mbo & hbo opleidingen
Van oktober 2014 tot en met oktober 2016 zijn mbo (CIOS & S&B- opleidingen van ROC’s) en hbo opleidingen vijf keer benaderd met het verzoek 55-plus Sport & Leefstijl een plek in het opleidingsprogramma te geven, een keuzemogelijkheid hiervoor op te voeren of de aandacht van  derde en vierdejaars studenten op onze site én ‘visie en missie’ te richten. In 2016 is voor het laatst met alle (potentieel geïnteresseerde) mbo en hbo- opleidingen contact gezocht. Uitgesplitst naar niveau zijn de volgende ‘resultaten’ geboekt……


MBO. In oktober 2014 is met vijf ROC-CIOSSEN contact opgenomen en enige tijd later heeft Ben Halle met CIOS-Nederland contact met hen gehad. Uiteindelijk gaan nu vier van de vijf CIOSSEN een 55-plus Sport & Leefstijlprogramma implementeren. In oktober 2014, 2015 en 2016 zijn 31 ROC’s met Sport & Bewegen opleidingen en 3 ROC’s met Recreatieopleidingen benaderd. Zestien opleidingen gaan een programma implementeren en zes opleidingen overwegen dat later - na de herstructurering van het mbo-ROC/CIOS - te gaan doen. Het programma is bedoeld voor derde- of vierdejaars studenten.
HBO
. Er zijn in dezelfde tijdvakken tien hogescholen en achttien opleidingen benaderd. Allen hebben een relatie met sport, lichamelijke opvoeding en/of gezondheid. Zeven hogescholen en vijftien opleidingen geven expliciet aandacht aan dit thema en creëren hiervoor opleidingsruimte. Zeven hogescholen en tien opleidingen verwijzen hun studenten naar het kennisbestand van OLDACTION en bieden hen – indien gewenst - een ‘keuzeblok’ aan.

3.7. Clubvorming en - praktijkontwikkeling tot en met december 2016

In 2015 en 2016 is met ongeveer duizend kartrekkers en coördinatoren contact geweest over de inhoud en ontwikkeling van onze ‘visie en missie’ en zijn hun ervaringen en die van hun deelnemers geëvalueerd. Bij ruim driehonderd ‘clubs’ zijn die evaluaties nader geverifieerd onder andere door deze te bezoeken.

OLDACTION als ‘club’ stimuleert 55-plussers tot een sociale innovatie op het gebied van ’Sport & Leefstijl’. De praktijktheorie op deze site geeft kartrekkers en/of coördinatoren een ontwikkelingskans. Daarbij kunnen ze gebruik maken van de ‘leidraad voor zelfontwikkeling’ – zie bij WERKWIJZE OA-CLUB - en door contacten met elkaar te hebben. Het is aan hen de informatie naar eigen wens te gebruiken. Sommigen laten iets van hun interesse en aanpak horen en anderen werken er in stilte aan. We hebben daarom geen volledig beeld van het aantal 55-plus sport- en ontwikkelclubs in Nederland, die ‘onze visie en missie’ delen, en de mate waarin opzet en hun ontwikkeling verloopt. We hebben wel een voldoende indicatie, gebaseerd op onze vele contacten met hen en de vele bezoeken aan 55-plus ‘clubs’ in verschillende fasen van ontwikkeling.


Medio 2009 is de vorming van 55-plus clubs, op basis van onze ‘visie en missie’ én de praktijktheorieontwikkeling van ‘Actief Leven, sporten en ontwikkelen’, van start gegaan. In de periode 2009 tot en met 2013 hebben we daarmee ook zelf - als OLDACTION - in praktijk (in Ermelo) geëxperimenteerd. Clubontwikkeling zal in fasen naar inhoud en ‘wijze van deelnemen’ plaatsvinden. Zie:
Ontwikkelen van activerende omgevingen voor 55 plussers bij ACTIEVE LEEFSTIJL en Clubontwikkeling in fasen bij CLUBVORMING. In de periode 2010 tot en met 2016 hebben we jaarlijks bij at random gekozen ‘clubs’ een evaluatie uitgevoerd. Daarvoor benaderden we kartrekkers/coördinatoren met een vragenlijst. We hebben hen verzocht ook de deelnemers in de evaluatie te betrekken. Er is aanvullend met vrijwel alle betrokkenen een telefonisch gesprek gevoerd en in beperkt aantal gevallen is een bezoek aan de ‘club’ gebracht.

In 2016 zijn naar schatting ongeveer elfhonderd 55-plus ‘sportclubs’ en tweehonderdvijftig ontwikkelclubs actief. In totaal met ongeveer eenentwintigduizend deelnemers
. In de afgelopen zes jaar neemt dit aantal jaarlijks - in september - met gemiddeld acht procent per jaar toe en ondanks dat er jaarlijks ook ‘clubs’ stoppen. Naar inschatting is in beide categorieën (sport- en ontwikkelclubs) het aantal clubs in werkelijkheid ongeveer vijftien procent hoger. Van de sportclubs maakt dertig procent deel uit van een sportvereniging of commerciële sportorganisatie. Daarin zijn ze meestal redelijk autonoom. De overige ‘clubs’ zijn zelfstandige/private clubs.

Om de clubontwikkeling beter te kunnen volgen hebben we vanaf 2010 at random jaarlijks dertig procent van de 55-plus sportclubs geëvalueerd. Zestig procent van die clubs bestaan uit alleen mannen of vrouwen. Vijfenveertig procent heeft een gemengde samenstelling. Dat aantal groeit. Alle clubs geven ruimte aan verschillend ‘niveaus’ en stemmen regels en activiteiten op de deelnemers af. Veertig procent van de sportclubs bieden één sportvorm aan. Vijftig procent heeft twee of drie sportvormen in de aanbieding en tien procent vier of meer. De sportvormen komen meestal opeenvolgend aan bod en twee per periode is de limiet. Het aantal sportvormen per 55-plus ‘club’ groeit. De deelnemers zelf sporten gemiddeld drie tot vijf keer per week en doen periodiek aan twee tot vier sportvormen.
Als we alle van de ons bekend ‘clubs’ tegen het licht houden, constateren we dat vijfentachtig procent

van de sportclubs zich in fase 1 op niveau 1 of 2 bevinden en vijftien procent in fase 2 op niveau 3 of 4. Ruim vijfentwintig procent ontwikkelt zich als ‘club’. Bij vijfenzeventig procent is dat niet het geval Sportclubs waarvan de kartrekker vakleraar LO is (ongeveer twintig procent van het totaal aan kartrekkers/begeleiders), ontwikkelen zich als ‘club’ het beste. Ze bevinden zich na twee-drie jaar in fase 2 op niveau 3 of 4. De ‘ontwikkelclubs’ functioneren al snel in fase 2 op niveau 3 of 4. In het algemeen en gemiddeld beoordelen kartrekkers/deelnemers hun ‘club’ naar tevredenheid met een zeven. Bij ‘clubs’ met als kartrekker een (oud-)vakleraar LO is die gemiddelde tevredenheid een acht of negen. 


Een specifiek onderzoek. Naast de jaarlijkse ad hoc-keuze van ‘clubs’ zijn we van 2011 tot en met 2016 23 sportclubs specifiek gaan volgen. Deze variëren in grootte van 15-21 deelnemers, bestaan uit mannen en vrouwen en niveaus verschillen soms aanzienlijk. Bij twaalf clubs zijn voormalig vakleraren LO (col1) actief en bij de overige elf: zes mbvo-docenten (col2) en vijf ervaren trainer-coaches(col3). Alle clubs doen aan een spelsportvorm. Dertien clubs doen een trefvlaksportvorm (o.a. pickleball, volleybal,….) en elf aan een doelsportvorm (klein terrein voetbal-vier tegen vier; floorball-vier tegen vier;…..). De samenstelling van de clubs met hun kartrekkers is in deze jaren vrijwel ongewijzigd gebleven. Hier en daar zijn sporters bijgekomen. De meeste aspecten van ons club-ideaalplaatje is op hen van toepassing. Naar het oordeel van kartrekkers, deelnemers en ontwikkelaar-projectleider bevinden zes clubs zich in fase 4-niveau 2 (6xcol1), zeven clubs in fase 3-niveau 2 (6xcol1;1xcol2) en tien clubs in fase 2-niveau 1(4xcol2; 6xcol3). Alle deelnemers zijn zeer tevreden over de ontwikkeling en het nu bereikte niveau van optimaal presteren en ervaren & de wijze waarop ze onderling samenwerken c.q. elkaar begeleiden. Dat oordeel ligt gemiddeld en bij de drie niveaus/groepen met een score (van 1-laag tot 5 hoog) van 4.3, 3.8, 3.3.


3.8. Conclusie ‘clubontwikkeling’

In het voorgaande hebben we onze zoektocht naar de volgende ontwikkelingspoging beschreven….Hoe kunnen deelnemers aan 55-plus ontwikkelclubs op het gebied van werk, zorg, ontspanning (o.a.sport) en ontwikkeling (Baars 2007), ‘voldoende of meer’ beleef, leer- en ontwikkelruimte voor zichzelf en elkaar creëren, om een fysiek en mentaal actieve leefstijl zo optimaal, op maat, zelfstandig/ zelfsturend en zelfverantwoordelijk, mogelijk te realiseren in een naar niveau gemengde club?

Welke kenmerken zijn voor activerende, op ontwikkelen gerichte omgevingen voor deze doelgroep, in het bijzonder van belang om inhoud (activiteit) en wijze van deelnemen (of taak) te optimaliserenKernvragen in het algemeen zijn: is de praktijktheorie van ‘actief leven, sporten en ontwikkelen’ voldoende praktisch bruikbaar? En ontwikkelt de sociale innovatie op het gebied van ‘55-plus Sport & Leefstijl’ zich in voldoende mate?

De algemene conclusie is….
1 De sociale innovatie ’55-plus Sport & Leefstijl’ die in 2010 is opgestart, is – gegeven onze mogelijkheden van een relatief kleine onderzoek- en ontwikkelgroep - goed aangeslagen en ontwikkelt zich door.
De ‘tevredenheid’ bij de deelnemers en kartrekkers is in het algemeen hoog. Vakleraren LO zijn, door hun eerder verkregen beroepservaring, het beste in staat het volgende te bevorderen: (1) ‘leren hoe te leren (het ontwikkelen op de langere termijn)’ en (2) het begeleiden/coachen van elkaar.

2 We hebben een actieplan van ‘Actief, gezond en zinvol leven’ in een model (deel 2) en in tekst (zie de site
www.oldaction.nl ) beschreven. Datzelfde is gebeurd met de kenmerken van de ‘manier van deelnemen’ aan ontwikkel- en sportclubs. Alle aspecten en kenmerken worden door betrokkenen in meerderheid herkend en als (zeer) belangrijk erkend.
De mate van activering door clubomgevingen motiveert en inspireert kartrekkers en deelnemers. Ze ervaren een intensiever beleven, meer en beter leren én (meer en beter) hoe ze zichzelf en anderen kunnen leren hoe te leren (ofwel ontwikkelen). Het zelfstandig regelen en ontwikkelen neemt bij dat elkaar meer begeleiden, sterk toe. Samenwerkend leren en ontwikkelen zorgt voor een ‘veilig ervaren’ en zeer stimulerende leer-/ontwikkelomgeving. De ervaringen worden steeds positiever en steeds meer optimaal. Het functioneren is steeds meer op maat en neemt toe in niveau (motorisch, sociaal-affectief, cognitief) van een bepaald totaalplaatje (een sportvorm bijvoorbeeld). Het ontwikkelen ‘in de breedte’ (of mate van allround-zijn) op een bepaald gebied is vaak al direct vanaf het begin typerend ‘voor de groep deelnemers en neemt ook in de loop van de tijd toe in elke club toe.

3 Het individuele ontwikkeltempo en van de ‘club’ als geheel verschilt sterk en hangt mede af van de mogelijkheden, zoals fysieke-mentale condities / competenties c.q. sociale en didactische vaardigheden. Die laatste zijn belangrijk bij het ontwerpen van activerende omgevingen (lees:
Ontwikkelen van activerende omgevingen in ‘clubs’ voor 55 plussers) en kunnen binnen een ‘club’ van elkaar worden geleerd. Waar deze clubontwikkeling plaatsvindt zijn deelnemers en kartrekkers zeer tevreden en worden ‘flow’-ervaringen gerapporteerd (lees: Optimaal op maat of niveau ervaren en presteren!).