Experts over Leefstijl, sporten en ontwikkelen

Deze link bestaat uit vier delen..... 
A Ontwikkelingsonderzoeken naar 'Actief leven, leren en ontwikkelen' (2003 tot 2010)
B Belgisch-Nederlandse expertgroep Leefstijlontwikkeling & Ouderensport (2013-2014). 
C Algemene informatiebronnen op sportgebied. 
D Masterthesissen. 

Lees- en fundamenteel niveau 2 voor coördinator & ontwikkelaar-onderzoeker.

A Ontwikkelingsonderzoeken naar ‘Actief leven, leren en ontwikkelen’ (1999-2010) 
De Hanzehogeschool, (eerder) Academie voor Lichamelijke Opvoeding en (later) Instituut voor Sportstudies te Groningen heeft een lange en ‘rijke’ traditie van ontwikkelingsonderzoeken en daaraan gekoppelde publicaties ten behoeve van onderwijs (met name vakdidactiek) in de school (voortgezet onderwijs), opleidingen voor leraren lichamelijke opvoeding, jeugdsport en de beroepsontwikkeling van vakleraren LO.
Vanaf 1999 is door opleiders systematisch ontwikkeld en onderzoek gedaan naar ‘Actief leren onderwijzen’ en vanaf - 2007 door OLDACTION - naar ‘Actief leven, leren en ontwikkelen’. De aandacht daarbij is steeds gericht op de ‘kenmerken van activerende (leer, werk- en sport)omgevingen’ voor verschillende doelgroepen. Die doelgroepen zijn achtereenvolgens ‘vakleraren LO in opleiding (vierdejaars LIO’s)’, ‘leerlingen in het voortgezet onderwijs’, ‘jeugdige sporters van twaalf tot twintig jaar’, ‘vakleraren lichamelijke opvoeding binnen en buiten een ALO-opleiding’ en 55-plussers van de generatie die geboren is in de jaren veertig, vijftig en begin van de jaren zestig. Hiermee is een reeks van publicaties verbonden. 
Concepten van die verslagen c.q. publicaties zijn hierna integraal in pdf- bestanden opgenomen die u (gratis) kunt downloaden. Ze vormen een ‘gestapeld bouwwerk’ waarvan de naar ons idee meest waardevolle ideeën, zijn opgenomen in ‘Sport op Maat’ (2010) en ‘Activo’s doen het ‘anders’,…’ (2012) én in de teksten van deze site.
 
Op de OLDACTION-site is  - vanaf 2010 - de verdere ontwikkeling van de praktijktheorie beschreven. Deze kennis en inzichten zijn bedoeld voor hbo- en mbo-opleidingen die aandacht hebben voor '50-55-plus Sport & Leefstijl', voor coördinatoren, kartrekkers, leefstijlcoaches en vooral de 55-plussers zelf, die op dit gebied werkzaam en/of actief zijn. De hierna genoemde basispublicaties voor dit project zijn geschreven voor (aanstaande) vakleraren Lichamelijke Opvoeding en Bewegingswetenschappers. Opzet en verslag van dit '55-plus Sport & Leefstijlproject zijn bij WERKWIJZE OA-CLUB te vinden..... 

2.1 OA- Ontwikkelingsonderzoek 55-plus Sport & Leefstijl. Deel 1- Opzet (tot 2010)
Het concept 'Actief leren Onderwijzen' is in de periode van 1999 tot 2010 ontwikkeld te behoeve van het onderwijs (voor het vak lichamelijke opvoeding bij het voortgezet onderwijs), (jeugd)sport en hbo-opleidingen voor(vak)leraren. Er zijn op deze basis meerdere ontwikkelingsonderzoeken c.q. projecten voor verschillende doelgroepen door professionele teams van ontwikkelaars(-onderzoekers) uitgevoerd. Het vormt de opzet voor twee ontwikkelingsonderzoeken: een lokaal onderzoek in Ermelo (2009-2013) -zie 2.4- en van OLDACTION als 'club' én beweging -zie ‘deel 3’- 2.3.
Lees- en fundamenteel/planniveau 2.
2.2
OA- Ontwikkelingsonderzoek 55-plus Sport & Leefstijl. Deel 2- Opzet (t/m 2016)
Het concept ‘Actief leven, bewegen (of sporten) en ontwikkelen’ is in de periode 2010 tot en met 2016 ontwikkeld op het gebied van 55-plus Sport & Leefstijl. Het is gebaseerd op eerder ontwikkelingsonderzoek – zie ‘deel 1’. Het vormt de opzet voor twee ontwikkelingsonderzoeken: een lokaal onderzoek in Ermelo (2009-2013) - zie bij 2.4 - en van OLDACTION als 'club' én beweging - zie bij ‘deel 3’ - 2.3.
Lees- en fundamenteel/planniveau 2.
2.3 
OA- Ontwikkelingsstrategie 55-plus Sport & Leefstijl. Deel 3- Rapportage 2010 t/m 2016 
Overzicht van ondernomen of nog te ondernemen acties - tot en met 2016 - ter promotie van onze visie en missie. Het ‘ontwikkelen’ als 'club' gebeurt van ‘onderaf’ (lokale kartrekkers, coördinatoren, leefstijlcoaches en deelnemers) en van ‘bovenaf’ via mbo en hbo opleidingen - die actief zijn op het gebied van 55-plus Sport & Leefstijl - die hun derde en/of vierdejaars studenten op dit (toekomstig) werk- en leefgebied een eerste oriëntatie willen geven. Tevens is een evaluatieve ‘stand van zaken’ opgenomen. Lees- en fundamenteel/planniveau 2.
2.4 
OA- Rapportage lokaal ontwikkelingsonderzoek 2009-2013 - Ermelo (juni 2013). Zie praktijkopzet bij: VOORBEELD CLUBVORMING. Lees- en fundamenteel/planniveau 2.


Beide concepten c.q. praktijktheorieën hebben de volgende 'basispublicaties' opgeleverd...
*Timmers, E. (2003), ‘Krachtig’ opleiden van vakdocenten bewegingsonderwijs. Een onderzoek naar de effecten van een ‘krachtige’ leerwerkomgeving op de professionele ontwikkeling van Leraren In Opleiding'. Proefschrift Universiteit van Tilburg. Haarlem: De Vrieseborch. Kern: ontwerpen van activerende leerwerkomgevingen door aanstaande professionals (vakleraren Lichamelijke Opvoeding). Informatie voor de eigen professionele ontwikkeling bij CLUBVORMING. De hoofdstukken zijn over vier bestanden verdeeld. Het is een ongewijzigde concepttekst. Boek is niet meer in de verkoop. Bestanden zijn in te zien of te downloaden: pdf-PROMO-dl.1 , pdf-PROMO-dl.2pdf-PROMO-dl.3 , pdf-PROMO-dl.4.

*Timmers, E. (Red.) (2005), 'Actief leren onderwijzen. Activerende didactiek voor meer gemotiveerd en actief leren bewegen en sporten'. Haarlem: De Vrieseborch. Kern: ontwerpen van activerende leeromgevingen LO voor VO-leerlingen. Informatief bij de link SPORT ONTWIKKELEN. De hoofdstukken zijn over de drie bestanden verdeeld. Het is een ongewijzigde concepttekst. Boek is niet meer in de verkoop. Te downloaden bestanden: pdf-ALO1-dl.1, pdf-ALO1-dl.2, pdf-ALO1-dl.3.

*Timmers, E. & M.J. Mulder (2006), Didactiek voor Sport en Bewegen. Baarn/Haarlem: Tirion/ De Vrieseborch. Kern: actief leren en onderwijzen voor vakleraren LO en actief leren en coachen bij het sporten door sporttrainers. Ter informatie toegevoegd aan de link SPORT ONTWIKKELEN. De hoofdstukken zijn over vier bestanden verdeeld. Een ongewijzigde concepttekst. Boek is niet meer in de verkoop. Bestanden zijn in te zien of te downloaden: pdf-BDO-dl.1pdf-BDO-dl.2, pdf-BDO-dl.3pdf-BDO-dl.4.

*Timmers, E. (2007). 'Voor applaus moet je het niet doen! Ontwikkelen van (beter) leren sporten en bewegen!' Baarn: De Vrieseborch/Tirion. Kern: actief samen ontwikkelen op het gebied van Sport & Leefstijl. Informatie voor de eigen professionele ontwikkeling bij CLUBVORMING. De hoofdstukken zijn over de vier bestanden verdeeld. Het is een ongewijzigde concepttekst. Boek is niet meer in de verkoop. Bestanden zijn in te zien of te downloaden: pdf.-TAR-dl.1, pdf-TAR-dl.2, pdf-TAR-dl.3, pdf-TAR-dl.4

*Schrijverscollectief HIS (2008). Slim leren hoe te leren spelen of sporten. Schema’s, werkpatronen en vuistregels voor het zelfstandig didactisch handelen. Groningen: interne HIS- publicatie is niet meer verkrijgbaar. Kern: spelen of sporten zelf leren en ontwikkelen (of leren hoe te leren). Informatief voor de link SPORT ONTWIKKELEN. De hoofdstukken zijn over drie bestanden verdeeld. Bestanden zijn aldaar in te zien of te downloaden zie: Slim leren hoe te leren spelen of sporten

*(2009). 'Ontwikkelen van het (beter) leren en sporten op school: van 1970-2010. Over lijnen en relaties in de vakdidactiekontwikkeling van de Lichamelijke Opvoeding in Nederland vanuit een bewegingsonderwijskundig perspectief'. Nieuwegein: Arko Sports Media. Kern: ontwikkeling van het vak en het beroep van 'vakleraar Lichamelijke Opvoeding (LO)'  in een bepaalde tijdperiode. Ter informatie bij CLUBVORMING. Het boek is te koop bij SPORTS MEDIA te Nieuwegein of kan - in december 2014 - worden in een wat gewijzigde versie worden gedownload. Bestand: pdf-VADILO-dl.1 en pdf-VADILO-dl.2. .   

*(2010). Sport op maat. Handreikingen voor een fysiek en mentaal actieve leefstijl van je 35e tot je 100e. Nieuwegein: ARKO Sports Media. Kern: beleven, leren, ontwikkelen op sportgebied voor 35-plussers. Basisboek voor ANDERS SPORTEN. Informatief bij de links SPORTVORMEN & SPORT ONTWIKKELEN. Is te koop bij SPORTS MEDIA te Nieuwegein. Inhoudelijke informatie over dit basisboek is te vinden bij ANDERS SPORTEN, Basisboek SOM-Sporten op Maat voor 55-plus Sport & Leefstijl .

*(2012).Activo's doen het anders, op maat en zeker na hun 50e . Een praktische filosofie voor een fysiek en mentaal actieve leefstijlontwikkeling. Kern:ontwikkeling van een fysiek en mentaal actieve, gezonde en zinvolle leefstijl voor de nieuwe generatie ouderen, geboren in de jaren veertig, vijftig en begin zestig. Basisboek voor ACTIEVE LEEFSTIJL. Is te koop bij SPORTS MEDIA te Nieuwegein. Zie ACTIEVE LEEFSTIJL: Basisboek ALO2- Activo's ....etc. voor 55-plus Sport & Leefstijl 

*Deze OLDACTION-site bevat een verdere theoretische en praktische beschrijving van een uitwerking van opvattingen op basis van praktijkervaringen en literatuurresearch op het gebied van 55-plus Sport & Leefstijl. Lees en gebruik het. We rekenen op bronvermelding bij extern gebruik. 

De site bevat een voor MBO en HBO- studenten (derde en/of vierdejaars) bedoeld infoboek/reader: (2014) ‘Bouwstenen van een sociale innovatie voor 55-plus Sport & Leefstijl. Een visie en missie’. De pdf-bestanden hiervan zijn te vinden bij WERKWIJZE en de link: Samenwerking met MBO & HBO opleidingen


B Belgisch-Nederlandse expertgroep Leefstijlontwikkeling & Ouderensport (2013-2014)
Als clubs van 55-plussers worden gevormd is het van belang dat ongeacht achtergrond, opleiding, ervaring, interesse de deelnemers zich veilig voelen. Dat lag ook ten grondslag aan de vorming van deze club. Dat werd als volgt aanbevolen. 

“Ik ben, zoals ze dat in Nederland zeggen, voorstander van het van elkaar leren en met name het leren van ‘vogels van diverse pluimage’. Ofwel van mensen met sterk verschillende achtergronden en posities. Ik heb de ervaring dat het voor een internet - brainstorming ideaal is. We zijn dus volstrekt vrij om onze visie op toekomstige ontwikkelingen op het gebied van ‘Sport en Leefstijl’ met elkaar te delen. En….misschien inspireert ons dat. Brainstormen is trouwens alles schrijven en zeggen wat je bij een onderwerp relevant lijkt. Dat kunnen slimme of domme opmerkingen zijn, maar niemand die je dat kwalijk neemt. Dat maakt dat je er juist veel van kunt leren.”

We wilden met wetenschappers en coördinatoren op het gebied van ‘Sport en Leefstijl’ in België en Nederland via internet ideeën uitwisselen – brainstormen - discussiëren over (de ontwikkeling van) Sport en Leefstijl bij verschillende doelgroepen en in verschillende levensfasen of generaties. Bijvoorbeeld: 35-55-jarigen, 55-75 jarigen en 75 jaar en ouder. De leeftijdgrenzen mogen ‘rafelig’ of arbitrair zijn. Het gaat om het verscherpen van ons persoonlijk en/of gezamenlijk perspectief op “beleven, leren en ontwikkelen bij Sport & Leefstijl”. Het streven is een theoretische en praktische verdieping te realiseren. De groep heeft bestaan van oktober 2013 tot en met juli 2014. Het regelmatig publiceren bleek een te groot probleem. De meesten zijn nog werkzaam. Bijdragen en reacties in deze periode zijn nog te vinden op: http://groups.google.com/group/leefstijlontwikkeling .

Het OLDACTION-concept c.q. de praktijktheorie van ‘Actief leven, leren en ontwikkelen’ is zowel geschikt voor jongeren van 12 tot 20 jaar als voor 55-plussers en is – om te beginnen - als kapstok gebruikt. Het is op het gebied van Sport & Leefstijl zowel in theorie als praktijk toegepast, onderzocht en verder ontwikkeld. Een fysiek en mentaal actieve, gezonde en zinvolle leefstijl kan iedereen op vele verschillende manieren nastreven. De twee pijlers van deze leefstijl zijn: ‘zelfstandig beleven, leren en ontwikkelen’ en ‘zelf en samen op maat en optimaal bewegen en sporten’. De ervaring die bijvoorbeeld de nieuwe generatie senioren met maatschappelijke (en onder andere sport)ontwikkelingen heeft, maakt, dat zij ‘anders’ wil gaan leven, ouder worden en sporten. In Nederland verschuift de aandacht voor werk, zorg, ontspanning en ontwikkeling (Baars, 2007) per levensfase. Maar steeds gaat het ook om vorming van lokale clubs, netwerken, leefgemeenschappen. De vraag is: aan welke specifieke kenmerken moeten die clubs voldoen om voldoende aansprekend te zijn. Zie daarvoor deze OldAction-site.
We zoeken naar kenmerken van leefstijlen per levensfase en richten ons daarbij op verschillende doel- en/of leeftijdsgroepen, zoals: jeugd, volwassenen, mannen of vrouwen en gezonde 55 tot 75-plussers. In het eerste jaar ligt het accent in de expertgroep bij ‘50-55+ Sport en Leefstijl(ontwikkeling)’. Het thema vanaf september 2014 is: vergelijking Sport & Leefstijl(ontwikkeling) van 35-55 met 55-75-jarigen en/of van deze laatste generatie met die van de 75-plussers van nu.
In Nederland heeft het Sociaal Cultureel Planbureau generatieontwikkelingen onderzocht en is de sportsituatie onder 55-plussers beschreven: Sociaal Cultureel Planbureau (2006), Rapportage ouderen. Veranderingen in de leefsituatie en levensloop van ouderen. SCP (2006), Investeren in vermogen. Sociaal en cultureel rapport 2006. SCP (2010). Rapportage sport 2010. Sport: een leven lang. SCP (2010). Wisseling van de wacht: generaties in Nederland.
In België kunnen we kennis nemen van ’55 plussers in beweging’ (2008) te vinden op de site
http://www.vlaamse-ouderenraad.be/Publicaties/visienota/55-plussers%20in%20beweging%20okt%202008.pdf Voor onze brainstorming c.q. discussie is het van belang de verschillen in benadering of situatie op het gebied van sport en leefstijl in België en Nederland te kennen. 

De verleiding. Hoe beïnvloedingsprincipes sportstimulering en -participatie effectiever maken.
Robbert Plass en Ben Halle, docenten HAN-Nijmegen.
Wij willen u verleiden om met ons in gesprek te gaan over evidence-based, effectieve psychologische beïnvloedings-principesom de impact van sportstimulering en -participatieprogramma’s te vergroten.
 
Welke beïnvloedingstechnieken hebben een grote impact op de beslissingen van mensen?
Het beïnvloeden van deelname aan activiteiten blijft dikwijls hangen op het verbeteren van methodieken, het gebruik van gekleurde ballen, folders en flyers en het “vriendelijk en correct” zijn voor deelnemers. Een iets bredere oriëntatie leert ons dat er veel kennis is over beïnvloedingstechnieken die in de sportstimulering niet wordt toegepast. Maurits Kaptein stelt dat we voor het verkopen van activiteiten het beste het gedrag van succesvolle verkopers kunnen onderzoeken om te ontdekken wat effectief is om mensen te beïnvloeden. Probeer op dit moment een lichte neiging tot walging over zoveel platvloersheid te onderdrukken en denk even mee hoe en in hoeverre de vaardigheid van excellente verkopers toepasbaar is om mensen te beïnvloeden om deel te nemen aan sportactiviteiten.
Een aantal losse opmerkingen om de gedachten te richten:
-       Beslissingen om te sporten worden niet alleen gemaakt op basis van rationele overwegingen.
-       Psychologische beïnvloedingsprincipes spelen een grote rol in het beslissingsproces.
-       Goede verkopers gebruiken psychologische beïnvloedingsprincipes om de kans op verkoop te vergroten.
-       Een goede verkoper houdt bij welk beïnvloedingsprincipe bij welke klant werkt. Een goede sportaanbieder doet dit ook.
-       Beïnvloedingsprincipes helpen mensen de juiste beslissingen te nemen, maar ze zijn wel eng omdat ze overal voor gebruikt kunnen worden en eeuwig bewaard kunnen worden.
 
Ik neem deel aan een golfclinic. De pro stelt zich voor en zegt onder meer dat hij met succes meedoet aan nationale en internationale seniorenwedstrijden. Tijdens de clinic geeft hij een paar prima voorbeelden en tips. Aan het eind zegt hij tegen mij: “Je swing gaat nu al een stuk beter. Heb je weleens overwogen om nog een paar lessen te nemen?” Ik antwoord: “Ja”. “Dat komt mooi uit. Ik heb een groepje dat hetzelfde niveau heeft als jij en ook intensief bezig is met het verbeteren van hun swing. Er is nog één plaats vrij. Het is wel verstandig als je aanstaande vrijdag al meedoet, omdat je anders teveel mist. Je handicap zal hierdoor aanzienlijk verbeteren en als je een half uur eerder komt dan herhalen we snel wat we de vorige keer gedaan hebben” Uiteraard zeg ik “Ja” tegen dit aanbod.
 
Wat is effectief aan de beïnvloeding van de pro?
Een welgemeend compliment met daaraan verbonden een aanbod is oppervlakkig gezien een prima benadering. Iets verder kijkend ontdekken we dat de pro op een prima manier een aantal beïnvloedingsprincipes gebruikt om mij deel te laten nemen aan de training:
-  Autoriteit. Door te vertellen dat hij met succes deelneemt aan nationale en internationale wedstrijden en zijn eigen vaardigheid bevestigend door een paar uitstekende voorbeelden.
-  Consistentie. Door zijn vraag of ik nog een aantal lessen zou willen hebben om mijn swing te verbeteren met “Ja” te beantwoorden is de kans groot dat ik zijn volgende vraag: “Doe je mee aan de lessen” met: “Ja” zal beantwoorden, omdat mensen graag consistent zijn in hun gedrag.
-  Urgentie. “Er is nog één plaats vrij” én “Het verstandig is om aanstaande vrijdag mee te doen”
- Wederkerigheid. Hij biedt mij aan om voor de les de vorige les in te halen. Mensen voelen zich schuldig als ze iets gratis krijgen Omdat zij zich niet graag schuldig voelen zijn zij sneller bereid “Ja” te zeggen op een aanbod als zij al iets hebben ontvangen.
 
Waarom is het beter beïnvloedingsprincipes te gebruiken en dan alleen te zeggen: “Ik geef ook nog vervolglessen waar we ook bezig zijn met de swing?”
Robert Cialdini, Regents' Professor Emeritus of Psychology and Marketing at Arizona State University,is een autoriteit op het gebied van interpersoonlijke beïnvloeding. Zijn onderzoek naar beïnvloedingsprincipes heeft o.a. vastgesteld dat aanbiedingen gecombineerd met beïnvloedingsprincipes een veel meer succes hebben. Een tweede belangrijk resultaat van zijn onderzoek is dat er zeseffectieve beïnvloedingsprincipes zijn:
 
1. Sociale bevestiging. Iemand is eerder bereid in te gaan op een verzoek, of gedrag te vertonen als dit overeenkomt met wat anderen denken of doen.
2. Schaarste. Een product wordt interessanter gevonden wanneer er maar weinig van is. Mensen moeten hierdoor snel reageren om het schaarse goed te bemachtigen. Denk bijv. aan de limit editions die veel aanbieders op de markt zetten. “Er is nog één plaats vrij in één van de groepen”
3. Autoriteit. We zijn sneller geneigd experts te geloven dan leken. Het principe van autoriteit overtuigt mensen om te kopen en zelfs méér te betalen voor bepaalde producten. De pro neemt deel aan nationale en internationale wedstrijden.
4. Wederkerigheid. Mensen voelen zich schuldig als ze iets gratis krijgen. Om dit schuldgevoel weg te nemen, willen ze iets terug doen. “Als je een half uur eerder komt dan herhalen we snel wat we de vorige keer gedaan hebben”
5. Sympathie. Mensen kopen eerder een product bij iemand die ze sympathiek vinden. Je bent eerder geneigd in te gaan op een verzoek van iemand die op je lijkt. De pro, die de clinic geeft, is van mijn leeftijd.
6. Consistentie. Mensen willen graag consistente beslissingen maken. Wanneer iemand eenmaal heeft verteld dat hij iets wil overwegen of ergens achter staat, dan zal hij zich daar in de toekomst aan proberen te houden. “Zou je nog een paar lessen willen nemen om je swing nog meer te verbeteren” Ik antwoord: “Ja”.
 
Deze principes werken zo goed omdat mensen het moeilijk vinden keuzes te maken en deze principes houvast geven bij het maken van keuzes.
 
Een voorbeeld: neem de trap
Een onderzoek van Maurits Kaptein waarin onderzocht wordt hoe door toepassing van de beïnvloedingsprincipes de levensstijl kan verbeteren. Het idee is dat het nemen van de trap in plaats van lift al een behoorlijke verbetering is van de hoeveelheid dagelijkse activiteit.
De setting: een lange gang die leidt naar een centrale hal met aan één kant de liften en aan de andere kant de trap. De gang biedt de mogelijkheid om geruime tijd een boodschap te laten zien op een monitor.
Condities: de boodschap: NEEM DE TRAP! kan gekoppeld worden aan verschillende beïnvloedingsprincipes om mensen de trap te nemen. Vastgesteld moet kunnen worden wie er binnenkomt en wat het succes is van iedere beïnvloedingspoging. Een ingeschakeld mobiele device maakt het mogelijk mensen te herkennen, omdat deze een unieke code afgeven. Deze code wordt gebruikt worden om de juiste boodschap met het juiste beïnvloedingsprincipe voor de juiste persoon te selecteren. Eveneens kan hiermee vastgesteld worden of de boodschap succes heeft door de mobiele apparaten in de lift en op de trap te opnieuw te scannen. Werd het apparaat in de lift gezien dan was de boodschap niet gelukt; een hit op de trap is een succes.
Als hieraan voldaan is dan is het mogelijk om een zelflerend systeem te maken dat gebruik maakt van beïnvloedingsprofielen om mensen te motiveren om de trap te nemen.
 
Het experiment
Begonnen werd met het testen van verschillende boodschappen om de vraag te beantwoorden: Lukt het om via boodschappen in de hal invloed te hebben op de keuze om met de trap of de lift te gaan? Of anders gezegd: Zijn de principes van Cialdini ook in deze context effectief? Als eerste werd een bord in de hal gezet waarop staat: NEEM DE TRAP! Vervolgens werd de set boodschappen uitgebreid met
-  90% van uw collega’s neemt de trap. (Sociale bewijskracht)
-  Fitnessinstructeurs raden u aan om met de trap te gaan (Autoriteit)
-  Vandaag is het een mooie dag om met de trap te gaan.(Schaarste)
 
De resultaten bevestigde Cialdini aannames. De boodschappen met de beïnvloedingsprincipes waren effectiever dan alleen: NEEM DE TRAP! Hieruit bleek dat het gedrag van mensen beïnvloedbaar was via de boodschappen gebaseerd op de beïnvloedingsprincipes.
De volgende stap was te onderzoeken of de persoonlijke beïnvloeding effectiever was dan het algemene gebruik van de beïnvloedingsprincipes. Hiervoor werd voor de helft van de te identificeren mensen beïnvloedingsprofielen gebruikt en de anderen random geselecteerde boodschappen te zien kreeg. Het systeem werd twee maanden lang gedraaid. Eerst werden de resultaten op individueel niveau bekeken om de vraag te beantwoorden of bezoekers die vaak terugkwamen steeds beter beïnvloed werden konden? Het resultaat was inderdaad dat mensen die regelmatig gescand werden en het profiel beter vastgesteld kon worden dat de beïnvloedingspogingen steeds succesvoller werden. Meer mensen namen de trap.
 
De vraag die we willen beantwoorden is…..in hoeverre kunnen beïnvloedingsprincipes ons helpen om de sportstimulering en participatie nog effectiever te maken, waarbij de toepassing niet beperkt blijft tot het directe contact tussen de leraar/ instructeur / sportleider en deelnemer, maar ook online ingezet wordt om de impact bij groepen mensen te verbeteren? 
 
Aanbevolen literatuur en interessante websites:
Kaptein, M. (2012). Digitale verleiding - Hoe beïnvloedingsprofielen de online marketing op z'n kop zetten. Uitgever: Atlas Contact-Cialdini, R.(2009). Invloed - De zes geheimen van het overtuigen. Uitgever: Academic Service


C Algemene informatiebronnen op sportgebied
Algemeen informatieve sites in Nederland zijn www.sportknowhowXL.nl. Op de site www.mulierinstituut.nl wordt onderzoek en ontwikkelingen op sportgebied aangegeven. Voor Sport & Leefstijl van 55 tot 75 jarigen is deze site www.oldaction.nl aan te bevelen. In het Nederlandstalige Tijdschrift GERON is per kwartaal een grote variëteit aan theorie- en praktijkartikelen over ouderen te lezen.
In België is
http://www.sports-media.be een interactieve portaalsite voor fysieke activiteiten, kwalitatief in al haar vormen, voor en door experten, voor instellingen en organisaties betrokken bij sport, fysieke- en gezondheidsactiviteiten. De mensen achter Sports Media Vlaanderen zijn: http://www.sports-media.be/index.php/homepage/bestuur . Voor Sports Media international – http://www.sports-media.org bij het opstarten van een academische Journal: JTRM in Kinesiologyen een partnership met SIRC - http://www.sirc.ca/ . De mensen achter Sports Media international zijn:

D Masterthesissen


D.1. Masterthesis 'Seniorensport op de schop'
 = te downloaden bestand, waarop de hierna volgende tekst een inleiding is. Gelieve deze eerste te lezen. Auteur is Robbert Plass (Hogeschool Arnhem- Nijmegen/HAN) - november 2015. 

'Een nieuwe visie op de invulling en begeleiding van seniorensport. Innovatie van mbo en hbo Sport- en Beweegonderwijs op het gebied van seniorensport'.
Als opleider wil je allemaal het juiste doen: studenten de bagage meegeven die relevant is om aan de slag te kunnen in het dynamische werkveld waartoe ze worden opgeleid. Een niet te negeren trend in dat veranderende werkveld van de (toekomstige) sportprofessional is de demografische ontwikkeling die ons land, en daarmee ons sport- en beweeglandschap, doormaakt
.Nederland vergrijst in rap tempo en de noodzaak om de groeiende groep 55+’ers maatschappelijk betrokken en actief te houden is evident. Sport kan, zoals wij als sportprofessionals weten, een cruciale rol spelen binnen dit healthy ageing-vraagstuk. We slagen er nu echter nog maar beperkt in om senioren tot actieve sportparticipatie te bewegen. Belangrijke vraag die we onszelf moeten stellen is: Wat moeten we onze studenten nu meegeven om dat in de toekomst beter te doen? Met deze vraag is Robbert Plass, docent aan de opleiding Sport, Gezondheid & Management bij HAN Sport & Bewegen en student aan de Master Sport- en Beweeginnovatie, aan de slag gegaan. “Vanuit een samenwerkingsverband met regionale sportservices hebben we onderzoek uitgevoerd naar welke betekenissen en invulling senioren en sportprofessionals koppelen aan de aspecten die de kwaliteit van een sportles voor senioren bepalen”. “Juist het betrekken van sportprofessionals en de doelgroep zelf zorgde voor nieuwe inzichten en aangrijpingspunten die we ook daadwerkelijk kunnen laten landen in de praktijk”. De studenten die geparticipeerd hebben binnen dit onderzoek hebben we de mogelijkheid geboden om kennis te maken met het vakgebied en zich tegelijkertijd als professional te ontwikkelen door onderzoekvaardigheden te leren toepassen. Belangrijkste conclusies uit het onderzoek: senioren willen graag intensief sporten, middels competitie uitgedaagd willen worden, en cognitief geprikkeld willen worden. Sportbegeleiders spelen hierbij een cruciale rol en hoewel vakinhoudelijke kennis belangrijk is, blijken interpersoonlijke vaardigheden nog belangrijker. Verder liggen er kansen bij sportverenigingen wanneer de sportbegeleider als regievoerder van samenwerkingsverbanden optreedt en een brug slaat tussen vereniging en oudere. De eerstelijns zorg moet een belangrijke rol spelen bij de werving van senioren voor sportlessen. De uitkomsten van dit onderzoek maken duidelijk dat aankomende professionals in de seniorensport, onze studenten(!),  via deze laatste inzichten opgeleid moeten worden om aan de huidige en toekomstige sportbehoeften van senioren te kunnen voldoen. Momenteel werken we vanuit OldAction aan een onderwijsmethode die rekening houdt met deze inzichten. “De tijd dat het MBvO- gedachtegoed aansloot bij de doelgroep ligt nu echt wel definitief achter ons”, aldus Robbert. Sportopleiders moeten daar rekening mee houden willen we niet achter de feiten aanlopen. 
We willen graag met u en opleiders de dialoog aangaan over de manier waarop we sportprofessionals voorbereiden op het vergrijzende sportlandschap. Voor reacties, vragen of opmerkingen kunt  u mailen naar Robbert.Plass@han.nl 

Samenvatting onderzoek. Door demografische verschuivingen neemt het aandeel 55+’ers binnen onze samenleving sterk toe. Healthy Ageing is voor deze groep en daarmee onze samenleving als geheel een relevant thema. De sportparticipatie, een belangrijk element binnen healthy ageing, van senioren blijft echter achter bij landelijke doelstellingen: is het huidige sportaanbod niet geschikt? In dit onderzoek is gekeken welke factoren van invloed zijn op de kwaliteit van een sportles seniorensport. Door het afnemen van interviews onder senioren en hun sportbegeleiders is tevens in kaart gebracht op welke wijze deze factoren in de praktijk ingevuld moeten worden om tot een sportles te komen afgestemd op de senior van nu en de toekomst.  Vanuit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat de invloed van inhoud- structuur- en outputelementen op de ervaren kwaliteit van seniorensportlessen aanzienlijk is. Zo blijken de redenen waarom mensen sporten (output) bepalend voor de wensen en verwachtingen t.a.v. inhoud- en structuurelementen. Sportmotieven moeten daarmee leidend zijn voor zowel de inhoud- als structuurelementen van een sportles. Senioren willen intensief sporten, middels competitie uitgedaagd, en cognitief geprikkeld worden. Sportbegeleiders spelen hierbij een cruciale rol en hoewel vakinhoudelijke kennis belangrijk is, zijn interpersoonlijke vaardigheden nog belangrijker. Er valt ook te concluderen dat sportbegeleiders en senioren niet (altijd) dezelfde betekenis koppelen aan de verschillende aspecten, wat illustreert dat er winst te behalen valt bij het afstemmen van wensen en verwachtingen van senioren op de aangeboden diensten van sportbegeleiders. Er liggen kansen bij sportverenigingen wanneer de sportbegeleider als regievoerder van samenwerkingsverbanden optreed en een brug slaat tussen vereniging en oudere. Er is een belangrijke rol weggelegd voor eerstelijnszorg teneinde senioren te werven voor sportlessen. Dit onderzoek maakt duidelijk dat er een aantal (andere) facetten van seniorensport in de praktijk belangrijker blijken dan de literatuur doet vermoeden. Het is duidelijk dat aankomende professionals in de seniorensport via deze laatste inzichten opgeleid moeten worden om aan de toekomstige vraag vanuit senioren te kunnen voldoen. Bestand te downloaden aan begin van deze tekst.

D2 Masterthesis
.  Ter illustratie van het belang voor verschuiving van de inhoud en aanpak van MBvO naar meer MSvO zie een praktijkonderzoek van Jorn van Harwegen te Sittard in het kader van zijn masterthesis bij FONTYS Sporthogeschool, Sports & Wellness.
Titel: Is MBvO nog van deze tijd?
 



© Copyright 2009, alle rechten voorbehouden - OldAction - E. Timmers